Herfabricatie en testing ook mogelijk maken voor complexe onderdelen
Wat als je AdBlue-pomp van je vrachtwagen kapotgaat? Vroeger moest je daarvoor gewoon een nieuwe AdBlue-pomp kopen, wegens té complex om nog te herstellen. Maar KdG-onderzoeker Kris Martens en zijn team hebben de oplossing: ze zijn gespecialiseerd in het opstellen van netwerksimulaties om die complexe voertuigonderdelen tóch te kunnen testen na revisie of herfabricatie. Vrachtwagendealer Braem is daar alvast heel erg blij mee.
Dankzij de recente Europese ‘Right to Repair’-act zijn bedrijven verplicht om onderdelen te blijven voorzien én om herstellingen door onafhankelijke reparateurs mogelijk te maken. Dat is alvast een stap in de goede richting.”
Kris Martens is onderzoekscoördinator van het Onderzoekscentrum Duurzame Industrie aan de Karel de Grote Hogeschool en erg begaan met duurzame mobiliteit en circulaire economie: “Onze expertise ligt bij alternatieve brandstoffen én bij voertuigdata-analyses, simulaties en het ontwikkelen van slimme modellen voor die voertuigdata.”
En die kennis was broodnodig bij een recent gedetecteerd probleem: “Dat je kapotte auto-onderdelen best éérst tracht te maken, is een idee dat al langer ingeburgerd is”, vertelt Kris. “Maar tegenwoordig wordt die herstelling bemoeilijkt doordat de onderdelen heel erg complex geworden zijn. Vaak zit daar immers een heel communicatienetwerk op, en krijg je die onderdelen niet aan de praat, en al zeker niet getest, als je dat communicatienetwerk niet eerst kan simuleren.” Het effect: minder en minder herfabricatie door de complexiteit, en daar wilde de Onderzoekscentrum Duurzame Industrie iets aan doen.
Simulatie van netwerkcommunicatie
“We zijn begonnen met de herfabricatie van verbrandingsmotoren in het CANsim-onderzoeksproject”, vertelt Kris. “Na een revisie moet een verbrandingsmotor eerst in een testopstelling getest worden vooraleer die terug ingebouwd wordt. Maar veel verbrandingsmotoren geraakten niet meer gestart als de motor-ECU niet alle signalen van de applicatie binnenkrijgt waarin de motor is ingebouwd. De ECU moet ‘denken’ dat hij in zijn toepassing zit, anders geraakt hij niet gestart. CANsim simuleerde alle netwerkcommunicatie via het ‘controller area network’ (CAN) die noodzakelijk was om de motor te doen starten en normaal te laten draaien. Tegelijkertijd ontwikkelde ons onderzoekscentrum een algemene methodologie die revisiebedrijven toelaat om zélf de nodige stappen te doorlopen om complexe toestellen te starten en te testen buiten het voertuig.”
Ik heb zelf de opleiding rond CAN-besturing op KdG gevolgd en nu kunnen we de herfabricatie van onze onderdelen zélf testen.”
Adblue-module succesvol getest
Een heel geslaagd project dat opvolging kreeg: “We werkten al eerder succesvol met vrachtwagendealer Braem samen, en een paar jaar geleden vroegen ze ons of we ook een Adblue-module konden laten testen na revisie of herfabricatie” gaat Kris verder. “Die ‘reverse engineering’ die we al toegepast hadden op verbrandingsmotoren, kwam ook van pasin de AdBlue-module. We ontwikkelden opnieuw de nodige hardware én softwaretool waarmee alle inputs van de AdBlue-module gelogd werden. Die logging werd geanalyseerd en tot een simulatie omgevormd waardoor de AdBlue-pomp zich gedroeg alsof ze nog in het voertuig zat. En zo kon ze succesvol getest worden.”
Spin-off
Dat er goud in deze technologie zat, begrepen ook Kris en zijn team. Momenteel loopt er een IOF-proof of concept, en is er een sterke business case ontwikkeld, om eventueel naar een spin-off of een serviceplatform te kunnen evolueren. “Momenteel zijn de cijfers van de herfabricatiemarkt in de Benelux schrijnend: we herfabriceren maar een tiende van wat bijvoorbeeld in Duitsland gebeurt”, aldus Kris. “We willen duidelijk maken dat wij dat hier ook kunnen. We willen het werkveld ondersteunen in de laatste stap van het herfabricatieproces, namelijk de validatietesten van de onderdelen. Dankzij de recente Europese ‘Right to Repair’-act zijn bedrijven verplicht om onderdelen te blijven voorzien én om herstellingen door onafhankelijke reparateurs mogelijk te maken. Dat is alvast een stap in de goede richting. Op die manier gaan we tegen de wegwerpeconomie in en evolueren we naar een écht duurzame industrie.”
Vruchtbare samenwerking
Vrachtwagendealer Braem is alvast heel blij en dankbaar met de hulp die ze kregen van Kris Martens en zijn onderzoeksgroep. “Ik vond het een heel interessante samenwerking”, aldus projectmanager Martijn Vancaysele. “Alles verliep heel vlot. We zaten met een concreet probleem, namelijk die AdBlue-pomp die voortdurende stuk ging, en Kris en zijn team zijn dan komen kijken en hebben een oplossing gevonden. Eigenlijk hebben ze ons een duwtje in de rug gegeven om die herfabricatie weer in eigen handen te nemen. Ik heb dan zelf een opleiding rond CAN-besturing op de Karel de Grote-Hogeschool gevolgd en nu kunnen we het in-house oplossen. We krijgen jaarlijks zo’n 600 kapotte AdBlue-pompen binnen, dus dat levert ons wel wat op. Ondertussen hebben we onszelf verder ontwikkeld en proberen we meer en meer op die CAN-besturing te werken. Zo kunnen we nu ook de revisie van vrachtwagenmotors testen. Ik ben bij Braem onder meer verantwoordelijk voor de Ruilafdeling en probeer met het team geregeld nieuwe dingen uit, we werken in de toekomst graag opnieuw mee met KdG!”
Kennis delen
Onderzoekers die ook les geven, praten met hun studenten meteen over hun ervaringen. Dat is een grote meerwaarde voor de student, maar ook voor de bedrijven waar hij later terecht zal komen. Uit dit soort onderzoek halen verschillende partijen voordeel: de bedrijven die op de eerste lijn staan tijdens het onderzoek, de hele sector, de studenten die de informatie uit eerste hand krijgen en de studenten die in latere jaren volgen en de cases in hun curriculum krijgen.
Meer van deze spraakmakers?
Smaakt dit interview naar meer? Is je honger naar kennis niet te stillen? Wil je weten hoe andere onderzoekers en bedrijven hebben samengewerkt om innovatieve ideeën om te zetten naar impactvolle projecten?