Meer mensen informeren over moedermelk-banken
Wetenschappelijk advies luidt dat bij gebrek aan moedermelk van de eigen moeder, donormelk verkozen wordt boven iedere soort kunstvoeding. Omdat er in België nog geen moedermelkbanken bestaan, worden er nu vaak informele kanalen gebruikt om aan donormelk te geraken, met alle gezondheidsrisico’s van dien. Onderzoekster en lector verpleegkunde Evy Present van AP Hogeschool Antwerpen en neonatoloog Elke Dierckx van het Sint-Augustinusziekenhuis breken een lans voor Vlaamse moedermelkbanken.
Tekst: Katrien Verreyken
Er bestaan bijna 300 moedermelkbanken in Europa, maar pas in 2020 is er in België eindelijk wetgeving gekomen die de opzet van melkbanken ondersteunt.”
“Als een mama om een of andere reden niet zelf borstvoeding kan geven aan haar kind, dan is de tweede beste optie donormelk, want die is beter dan eender welke kunstvoeding”, begint onderzoekster Evy Present. “Dat zeggen wij niet alleen, maar ook de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie)”, vult neonatoloog Elke Dierckx aan.
“Moedermelk verkleint aanzienlijk de kans op darmontstekingen, allerhande infecties en mortaliteit. Daardoor is moedermelk zéker de beste optie bij de meest kwetsbare pasgeborenen, namelijk te vroeg geboren kinderen of kinderen met een laag geboortegewicht op de Neonatale Intensive Care Units (NICU), ook meteen de plek waar ik werk, en Evy vroeger ook. Tot hiertoe werkten maar vier ziekenhuizen in België op hun eigen neonatale afdeling met moedermelkdonaties, waardoor mama’s elkaar vooral via informele netwerken en gesloten Facebookgroepen vonden om melk uit te wisselen. Die solidariteit is heel fijn, maar wordt absoluut afgeraden omdat die moedermelk niet gecontroleerd wordt.”
Uit onderzoek bleek de helft van de melk die in omloop was dankzij Facebookgroepen, onveilig. Maar wat moet je dan als je in ons land moedermelk nodig hebt? “Volgens de European Milk Bank Association (EMBA) bestaan er 282 donormelkbanken in 27 Europese landen, maar pas in 2020 is er in België eindelijk wetgeving gekomen die de opzet van melkbanken ondersteunt”, aldus Elke. “Pas sinds dit jaar is er hiervoor 1 miljoen euro vrijgesteld, in de eerste plaats om alle NICU’s in België altijd van een dosis moedermelk te kunnen voorzien. Dat is erg goed nieuws, want tot voor kort probeerden collega’s dat op kleine schaal in onze NICU’s zelf wat uit te bouwen, nu kunnen we dat eindelijk globaal en officieel op poten zetten.”
Onderzoeksresultaten
“Met ons onderzoek wilden we eerst en vooral in kaart brengen hoe de Belgische bevolking tegenover de oprichting van moedermelkbanken staat, en wat hen ervan zou kunnen weerhouden óf motiveren om met zo’n donorbank te werken”, licht Evy toe.
81% van de ondervraagden had nog nooit melk gedoneerd, vooral uit onwetendheid, maar 44% van hen zou daar wel toe bereid zijn.”
“710 mensen namen deel aan het onderzoek. Iedereen met ervaring of interesse in het voeden van baby’s via borstvoeding of flesvoeding werd bevraagd. Ervaring in het doneren of ontvangen van moedermelk was geen vereiste. We hoorden personen met een kinderwens, zwangeren en hun partner en mama’s, papa’s of meemoeders met een jongste kind van maximum 1 jaar. 71% van de bevraagden gaf op dat moment borstvoeding aan hun kind. 91% had al van donormelk gehoord, twee derde daarvan via de sociale media en dus niet via zorgverleners… 70% had al van moedermelkbanken gehoord. 81% van de ondervraagden had nog nooit melk gedoneerd – omdat ze geen overschot aan melk hadden of niet wisten dat of waar het kon -, maar 44% van hen zou daar wel toe bereid zijn. Wie wel al moedermelk doneerde, kwam voornamelijk via sociale media in contact met de ontvanger. Meer dan 60% van de ondervraagden zou donormelk verkiezen boven kunstvoeding als borstvoeding niet lukt. Nagenoeg iedereen (97%) vindt de implementatie van moedermelkbanken een waardevolle aanvulling op het huidige zorglandschap in Vlaanderen.”
Evy vindt het fantastisch dat de eerste Belgische externe moedermelkbanken binnenkort een feit zullen zijn, maar hoopt dat die zich niet alleen zullen richten tot de premature baby’s op de NICU’s, maar ook tot gezonde voldragen kinderen van wie de mama niet in staat is zelf voldoende te lacteren. “93% van de ondervraagden vond dat immers belangrijk. De vraag is momenteel duidelijk groter dan het aanbod. Ik denk dat we dus zeker ambitieus genoeg moeten zijn naar de toekomst.”
Veilige moedermelkbanken
“Ik schrok toch wel een beetje van de cijfers uit Evy’s onderzoek”, bekent Elke. “Ten eerste was er toch nog veel onwetendheid over de veiligheid van moedermelk en het bestaan van moedermelkbanken. 98% van de ondervraagden die al moedermelk gaven - en dat is dus 19%! -, deden dat dus informeel op een onveilige manier. Bij de moedermelkbanken wordt de moeder eerst gescreend op virussen, zoals hepatitis, HIV en syfilis. De melk wordt gepasteuriseerd en tot 60 graden verwarmd, zodat alle virussen worden geïnactiveerd. Idealiter wordt de donormelk gemengd met de eigen melk van de moeder, totdat de moeder in staat is zelf voldoende melk aan te maken. We denken er momenteel zelfs aan om de eigen melk te enten op de donormelk, zodat je de goede stoffen van de eigen moedermelk in een groter volume kan doorgeven.”
“We hebben onze respondenten ook een aantal stellingen voorgelegd”, vertelt Evy. “Eén ervan was: ‘Ik vind het vanzelfsprekend dat er een verplicht bloedonderzoek gebeurt bij donoren.’ 92% ging akkoord. Op de stelling ‘Ik heb kennis nodig van de donor om donormelk te kunnen accepteren (etniciteit, geloof, leeftijd,…)’ ging 77,5% niet akkoord. Op de stelling ‘ik vind het vanzelfsprekend dat de donor gescreend wordt op zijn levensstijl en medische voorgeschiedenis’ antwoordde 92% bevestigend. Die antwoorden pleiten allemaal in het voordeel van een moedermelkbank. Mensen geven aan dat ze ervoor openstaan, de anonimiteit van de donor is geen factor om het niet te doen.”
“Wist je trouwens dat de meeste culturen een mouw passen aan hun regels of voorschriften, zodat melk tóch probleemloos kan worden gedoneerd?” weet Elke. “In de islam bijvoorbeeld word je normaal bloedbroeder of -zuster als je elkaars bloed of melk krijgt, waardoor je op latere leeftijd niet meer met elkaar kan huwen. Dat probleem hebben ze opgelost door een opdeling te maken tussen moedermelkbanken voor meisjes en voor jongens. In de meeste culturen heeft het redden van een leven altijd voorrang boven andere wetten. Als een baby moedermelk nodig heeft om te overleven, wordt het doneren van moedermelk sterk aangemoedigd.”
Vlotte samenwerking
Elke is alvast erg blij met de vlotte, aangename en organische samenwerking met de AP Hogeschool: “Evy en ik vechten voor dezelfde dingen en geloven in dezelfde richting die we moeten uitgaan.”
“We willen hier zeker mee voortgaan”, getuigt Evy. “We hebben de bevolking bevraagd, nu willen we ook weten hoe zorgverleners tegenover die moedermelkbanken staan en wat hun rol daarin kan zijn. We merken dat zelfs heel wat zorgverleners het idee van donormelk nog wat vreemd en bizar vinden.
Dan leg ik altijd de link met bloeddonatie: dat is ook lichaamssap van iemand anders dat wordt gescreend en toegediend aan mensen die het nodig hebben. En dat accepteren we probleemloos. Waarom vinden we dat bij moedermelk dan nog vreemd?”
“Op onze laatste stelling ‘Er moeten meer inspanningen gebeuren om melkdonatie meer kenbaar te maken bij de bevolking’, ging 99% van de respondenten akkoord”, besluit Evy.
“We moeten dus maximaal inzetten op gerichte sensibilisering en informatiedeling over melkdonatie. Als onderwijsinstelling moeten we hier zeker ons steentje toe bijdragen.”
Getriggerd door dit onderzoek?
Voel jij je geïnspireerd door dit spraakmakende artikel? Wil jij of jouw organisatie een stap zetten in een innovatieproces waarbij je ondersteuning kan gebruiken? Neem dan vandaag nog contact op met een Vlaamse hogeschool via bet Blikopener . Wij volgen zo spoedig mogelijk op en zetten het één en ander in beweging. Doen!
Meer weten?
Kennis delen
Onderzoekers die ook les geven, praten met hun studenten meteen over hun ervaringen. Dat is een grote meerwaarde. Uit onderzoek halen de verschillende partijen voordeel: de bedrijven die op de eerste lijn staan tijdens het onderzoek, de hele sector, de studenten die de informatie uit eerste hand krijgen en de studenten die in latere jaren volgen en de cases in hun curriculum krijgen.
Nog spraakmakers?
Smaakt dit interview naar meer? Is je honger naar kennis niet te stillen? Wil je weten hoe andere onderzoekers en bedrijven hebben samengewerkt om innovatieve ideeën om te zetten naar impactvolle projecten?
IMPACT Voedsel & Water
Met deze uitgave willen de Vlaamse hogescholen graag een aantal projecten in de kijker zetten. Zo kom je het wat en hoe te weten, en ontdek je de impact van ons innoverend hoger onderwijs. Het is de bedoeling jou als lezer, te inspireren en te laten nadenken over hoe een hogeschool jouw organisatie of onderneming kan helpen om de volgende stap te nemen in jouw innovatieproces.